Zon dag, 21 december 2025

Ik vraag Dave, de eigenaar, of hij er voor kan zorgen dat de laaghangende treurige bewolking even kan laten verdwijnen, en hij de zon tevoorschijn tovert.

En verdomd, het lukt hem.

In ruil daarvoor houdt mijn computer het weer op alleen diepte en tijd, wat onvoldoende is.

De tweede duik is nog leuker dan de eerste, het regent nudie’s, vaak dezelfde twee soorten, maar ook een paar onooglijk kleine nieuwe, net als een mini flatworm, ter compensatie van die heel grote gisteren en de forse zwartblauwe even daarvoor. De zon maakt de safety stop onder de boot een feest van kleur. De laatste vondst moet ik bijlichten met mijn gewone lamp, de fotolamp is al door zijn energie heen. 

Als we tegen twaalf uur op het strand aankomen, landen naast ons twee boten vol gasten en het nu in de kerk getrouwde bruidspaar, zij in rood satijn, hij in traditioneel pak. Alle gasten op hun kerstbest. Op naar dat varken, denk ik. Men is opvallend rustig, op het luide knalvuurwerk na.

Een extra lange pauze, we gaan vandaag een Black Water Dive maken met drie duikers en een gids, een heel stuk verderop. Daar in de buurt is dan ook onze middagduik, dan hoeven we niet heen en weer. Scheelt weer gedoe. Zuinig zijn dus met de cameralamp vanmiddag. Alles ligt weer op te laden, maar de tijd is eigenlijk erg kort om alles vol te krijgen. 

Om half vier varen we uit met prachtig weer en een koelbox bier. Volgens Gianni een garantie dat we ook iets zullen zien. Na een goede derde duik, met flamboyant, nudies, garnalen een zeeslang die graag een kijkje neemt in de grote lens van Gianni’s camera, volgt een pauze waarin we de zon zien ondergaan, en de lichtjes van de wal tevoorschijn komen.

Dan volgt het nieuwe avontuur.

In het donker nog een kwartiertje of zo varen, naar een plek waar we op 400 meter diep komen. Er wordt een boei te water gelaten, met een rood licht boven water, en om de vijf meter een groep lampen, tot op 15 meter. Alles aan, lampen aan, camera al aangehaakt, en op drie allemaal gelijk te water.

Dan is het zaak te zien wat er op dat licht allemaal af komt, en met een behoorlijke camera kun je dat dan proberen vast te leggen. Met mijn telefoon is dat niet te doen, die is te traag om dingen scherp te krijgen. Maar wat een leven. Alles wat nog als larve of voorstadium in het open water leeft, wat nog geen huidje of schilletje ter bescherming heeft, krioelt daar door het water, samen met die vervelende waterluizen.

Wezentjes die vermoedelijk op weg zijn een octopus te worden zie ik, turnicates met daarin soms een of twee jonge visjes, die daar bescherming vinden. Een soort slangetjes, met in ieder segment een gele kern: het is sprookjesachtig, spookjesachtig, klein en transparant. Soms is een kwalletje te herkennen, mijn bovenlip hekent de steek. Er jaagt een stel kleine squids dat steeds als ze ons raken inkt spuit. Je diepte goed houden is lastiger dan gedacht. De afspraak is in een richting om de lampen heen te draaien, en vooral niet te ver weg te raken op jacht naar een goede foto. Dat laatste probeer ik niet meer, ik maak een filmpje en kijk vooral. Maar wat een sensatie is dit zeg. Na bijna een uur houden we rond de vijf meter de veiligheidsstop, gaan omhoog, verzamelen rond de boei, waarna de boot ons oppikt.

We zijn allemaal bij. De bemanning bedelft me onder drie handdoeken, uit angst dat ik het koud krijg tijdes het lange terugvaren, dus ik zit lekker comfortabel na te genieten. De mannen proosten met een koud biertje op het succes, het bier heeft zijn werk goed gedaan, er was veel te zien.

Tegen acht uur weer aan land, alles weer uit, spelen en ophangen.

Morgen weer een dag.