Tijdens de bijeenkomst over de rapporten werd M gebeld en ging tegen de muur aan staan bellen. Ineens ging hij tijdens het gesprek door de knieën. Hij is religieus, maar daar kon dit niet mee te maken hebben. Het was dan ook een duizendpoot die hij daar gevonden had. Het beestje trok in een uiterst traag tempo van daar waar het vandaan kwam richting de uitgang. In het tempo dat hij had vermoedden wij dat het wel een dag kon duren. Gelijk een foto gemaakt en geteld hoeveel poten hij had. Veertig, zei ik tegen de aanwezigen. Nee, 44 moesten het er zijn, want zo heet hij: 44. Niks honderd, niks duizend of miljoen, geen reden tot overdrijven. Gewoon 44 poten. En dan nog zo langzaam!