Bekaa

Een fris en min of meer uitgerust groepje vindt elkaar aan de ontbijttafel. De gesprekken gaan onmiddellijk over het werk, de missie, de opdracht die we hier hebben; Wat vinden we van wat we hoorden tot nu toe, wat gaat er vandaag gebeuren. Na het ontbijt schuiven we een tafel verder aan, bij een vertegenwoordiger van Difid, de grote Britse organisatie, om kennis te delen en ervaringen te polsen. We krijgen de indruk dat veel van de grote clubs hier dezelfde boodschap hebben voor ons. Toeval? Een uur later staat onze comfortabele SUV klaar en gaan wij richting Bekaavallei, waar veel vluchtelingen zitten.

Via de weg naar Damascus, altijd de levensader die beide steden verbond en ook nu nog vrachtvervoer kent, hoewel minder. Langs de weg de gebruikelijke gigantische billboards. Onze Libanese teamleider wijst ons op de unieke samenstelling van de reclame, exemplarisch voor dit land. Reclame voor bier en wijn, reclame voor het circus dat komt. Daarnaast reclame voor een restaurant dat zich op de ramadan voorbereidt, hun uitstekende eten aanprijst, samen met de aanwezigheid van een gebedsruimte. Nergens anders leven deze geloven zo dicht en zo vrij naast elkaar, nergens anders, zegt hij, in deze regio is het mogelijk om als Christen een biertje te drinken, terwijl je buurman de ramadan viert. Die vrijheid staat behoorlijk onder druk, loopt risico met alles wat er rondom gebeurt. Hoe eindigt het in Syrië, wie is er straks (ooit) de overwinnaar? Want, zo zegt hij, als we deze wijze van samenleven, deze unieke vrijheid in dit land niet overeind kunnen houden, dan is het weg, komt het niet meer terug, in de hele regio niet.

Op twee uur van Beiroet zitten we in die Bekaa vallei, vruchtbare grond en al millennia in gebruik. Hier niet de grote tentenkampen die we kennen van televisie en van Jordanië. Vluchtelingen kenden deze streek in het buurland, waar ze vaak als seizoensarbeider in de landbouw werkten. Nu kwamen ze met alles wat ze mee konden nemen, en heel de familie. In eerste instantie vaak bij mensen thuis, of in een gehuurde flat. Ze werden als gasten ontvangen, in kleinere groepen tegelijk. Tijdelijk, dacht men, hoopte men. Maar dat is vier jaar geleden.

De twee gemeentes die we bezoeken hebben nu vluchtelingaantallen die gelijk of dubbel zo hoog zijn als die van de eigen bevolking. De centrale overheid doet er niet veel aan, het komt op de schouders van de plaatselijke gemeentes, van de burgemeesters daar, die met minimale budgetten de boel bij elkaar moeten houden, de scholen moeten laten draaien, het water moeten laten stromen, en de elektriciteit. Die het afval weg moeten werken, die hun parken uitgewoond zien worden, hun riolering overbelast.

Na de theorie van het gesprek, de praktijk van het veld in, naar de beter gestructureerde gemeenschappen vluchtelingen. Van groepen tentjes van plastic, zeil en hout, soms enkele, soms tientallen, tot grotere eenheden ommuurde, met watertanks en schotelantennes. Veel kinderen op straat tussen de middag. De kleintjes gaan ’s morgens, daarna de grotere: dubbel bezette scholen en leraren. Dubbel bezette artsen en ziekenhuizen. Een groter kamp binnen gaan wordt ons van harte afgeraden door de agenten die ons begeleiden. Aan de rand van de wegen het bewijs van de overbelasting, ook op het milieu: afval, plastic meest, tussen het rijpend graan, of al in stukken op de geploegde velden, de irrigatiekanalen vervuilend en blokkerend.

Op de terugweg even tijd om net voor sluitingstijd naar een wijngoed te gaan, waar al bijna een eeuw de vaten en flessen liggen opgeslagen in een bij toeval gevonden grottencomplex. Uitstekende wijn, als ik de proevers mag geloven. Een complex dat in hartje Frakrijk niet zou misstaan. De wijn wordt over de hele wereld geëxporteerd. Net als veel van het fruit en de groente uit deze streek.

’s Avonds eten we met elkaar op het terras van een Libanees/Armeens eethuisje. Daarna nog even brainstormen in het hotel met elkaar, om te bezien of we al een richting hebben gevonden waarin ons project zou kunnen gaan. Met heel veel uitwisselen van ideeën en gedachten, maken we al een flinke slag daarin. Mogelijk moeten we daarom kijken of het programma de tweede helft van de week omgegooid kan worden. In ieder geval betekent het dat we vanaf nu gerichter kunnen doorvragen en op zoek moeten gaan naar de info die we nog missen. En zo is het voor je het weet weer elf uur.

Plaats een reactie